Workshop Groningen 3 november 2023
Elk jaar geeft Johan ’t Hart een workshop in Groningen, dit jaar aan zeven studenten van opleiding Docent Muziek uit verschillende jaren.
Johan ’t Hart
Ik startte de workshop met een oefening waarbij ik de studenten vroeg om voor zichzelf aan te geven voor hoeveel procent ze deze eigenschappen hebben: nadenkend (uil), speels (hondje), druk (specht), fantasierijk (eenhoorn). Elke keer als ik met een groep hiermee aan de slag ga, levert deze oefening verrassende gezichtspunten op zoals “als bij mij de eenhoorn met het hondje gaat spelen, gaat de specht los”.
De studenten kregen van mij het advies om als docent vooral de nadenkende rol te nemen omdat zij daarmee h het onderwijsproces het beste kunt aansturen. Als je van nature druk bent, wees daar dan voor de klas voorzichtig mee.
Vervolgens liet ik zien hoe je start met een nieuwe groep. Het advies van Vriendelijk Orde Houden is om eerst een toelichting te geven bij het ‘kader’ dat je hebt opgehangen (Vriendelijk en Duidelijk). Daarna geef je aan dat je bij een verstoring een ‘Tijdrovende opdracht’ kunt uitdelen (Bijsturen). Met deze twee stappen zorg je direct voor een goed verloop van de les. Lees hier hoe je in de lessen daarna als docent verder gaat.
Dirigeren met gebaren
Bij deze workshop introduceerde ik bij de studenten twee gebaren: ‘Dragen‘ (Als muzikant neem je dan een begeleidende rol), Solo (Als muzikant mag je dan los gaan). In twee groepjes gingen de studenten daarmee aan het werk. Daarna in de hele groep. De vormgeving van deze twee gebaren is bedacht door Robijn Tilanus. Ik denk dat je deze les die ik aan de studenten gaf, kunt geven aan elke groep ongeacht voorkennis. Het resultaat zal bij een muzikaal geschoolde groep wel professioneler zijn dan bij een ongeschoolde groep.
Vooral het gebaar ‘Dragen’ is een waardevolle aanvulling als contrast op ‘Solo’. Beide gebaren zijn goed te gebruiken in combinatie met andere gebaren waarmee de studenten al ervaring hadden zoals harder/zachter – start/starten – stop/stoppen – doorgaan – iemand selecteren.
Na afloop constateerden de studenten dat ze steeds in een 4/4 maat hadden gespeeld. Ik gaf aan dat je dat kunt ondervangen door eerst een ritme voor te doen in een andere maatsoort en dat dan laten herhalen door een deel van de groep. Dat doe je met het gebaar ‘Voordoen‘. Voor nog meer mogelijkheden van de dirigent om de improvisatie te beïnvloeden verwijs ik naar de pagina met alle gebaren van de Conductors Band.