1) Voordat je muziek gaat maken, vraag je om stilte met het “vuurtoren” gebaar

Vuurtoren

2) Voor dat je een gebaar maakt waarmee je iets vraagt van de spelers, selecteer je eerst de personen waarvan jij wilt dat ze iets gaan doen.
– één hand met één vinger = één persoon
– één vinger langs een deel van de groep = Dat deel van de groep.
– twee handen met elk één vinger = iedereen (zie afbeelding hieronder)

Iedereen selecteren

Starten (eerst selecteren)

Waarmee je start, bepaal je zelf. Het kan een loop zijn (een herhalend patroon) maar het mag ook iets zijn zonder vaste maat (rubato – Italiaans, vrij in de tijdmaat).

.

Stoppen (eerst selecteren)

Als je na het stoppen suggestief blijft doortellen als dirigent, kun je met het startgebaar de muziek weer in gang zetten. Hiermee kun je een break maken, een break is een korte pauze in de muziek. Vergelijk dit laatste met een pauzeknop van je afspeelapparaat.

Start 1 – (eerst selecteren)

De rondjes bij deze afbeelding suggereren dat je helemaal vrij bent in het maken van een ritme. Dit hoort bij het online maken van een partituur.

.

Stoppen (eerst selecteren)

Start 2 – (eerst selecteren)

De tekens in deze afbeelding (rust van één tel, haak en omgekeerde v) suggereren dat er al iemand speelt. Jij speelt dan precies op het moment dat de ander niet speelt. Dit hoort bij het online maken van een partituur.

Doorgaan (eerst selecteren)

Als je niet iedereen tegelijk wilt laten stoppen, maar één of een paar mensen wilt laten doorgaan terwijl de rest stopt, vraag deze mensen dan eerst om door te gaan met het gebaar “doorgaan”.

Kort (eerst selecteren)

Staccato (Italiaans voor kort). Dit hoort bij het online maken van een partituur.

Lang (eerst selecteren)

Kan los gebruikt worden, maar ook om midden in een muziekstuk een toon lang te laten aanhouden. Als je na deze lange toon het “startgebaar” maakt gaat iedereen weer door met het muziekstuk. In muziektermen zou je dit een fermate kunnen noemen (Italiaans voor wachten). Melodie-instrumenten of zangers kunnen bij het wijzigen van de horizontale richting van het gebaar een andere toon spelen of zingen. Als je dit gebaar gebruikt voor blaasinstrumenten of zangers maak dan eerst een beweging omhoog waarmee je het inademen aangeeft.

Dit hoort bij het online maken van een partituur.

Harder (eerst selecteren)

.

Zachter (eerst selecteren)

Direct nadoen /na-apen (eerst selecteren)

Je kunt alles doen wat je wilt in een door jou gewenste volgorde. Als je als dirigent iets blijft herhalen, doen de anderen dit ook. Je kunt daarna het “doorgaan” gebaar maken. Dan heb je daarna de handen vrij om iets anders te gaan doen.

Dit hoort bij het online maken van een partituur.

Eerst voordoen, pas nadoen bij startgebaar. (eerst selecteren)

Call/respons – voorzin/nazin – vraag/antwoord. Afwisseling tussen voorzingen/spelen van de dirigent en de herhaling daarvan door de groep. De groep herhaalt slechts één keer!

Dit hoort bij het online maken van een partituur.

Solo met veel noten (eerst selecteren)

Hier kun je als solist laten zien wat je technisch kunt. Showing off.
Vergeet niet als dirigent de overige spelers zachter te laten spelen. Dan komt de solo beter tot zijn recht.

Dit hoort bij het online maken van een partituur.

Solo met weinig noten (eerst selecteren)

Als voorbeeld de minimalistische solo’s van Miles Davis. Hierbij past het Duitse spreekwoord:
“In der beschrenkung zeigt sich der meister”. Vergeet niet als dirigent de overige spelers zachter te laten spelen. Dan komt de solo beter tot zijn recht.

Dit hoort bij het online maken van een partituur.

Ritme aangeven met gebaren (eerst selecteren)

Hieronder gebaren die allemaal één tel duren. Maak je als dirigent twee gebaren, dan tel je daarna twee tellen vooraf (tweekwarts maat). Maak je drie gebaren dan tel je daarna drie tellen vooraf (driekwartsmaat) etc. Hierna is de afspraak dat je deze gebaren blijft herhalen totdat de dirigent het ritme stopzet.

Je kunt dit ook midden in een muziekstuk laten doen. Met het startgebaar gaat iedereen weer spelen wat er voor dit ritme is gespeeld (terug naar de groove).

Tip: Maak de gebaren langzaam en aandachtig zodat iedereen het goed ziet.

één tel rust (niets zeggen of spelen)

één tel – zeg “peer” of speel één noot.

twee noten van een halve tel. Zeg “appel” of speel twee noten.

halve tel rust en daarna een noot van een halve tel. Laat de eerste lettergreep van appel weg en zeg: (ap-) pel.

Vier noten binnen één tel. (vier zestienden). Zeg “limonade” of speel vier noten.